‘Ik heb die kameraadschap zo gemist’
Van een spontaan initiatief met zo’n 35 veteranen bij de geruchtmakende zoektocht naar Anne Faber is het Veteranen Search Team inmiddels uitgegroeid tot een professioneel opererende organisatie waarbij maar liefst 2.500 veteranen zijn aangesloten. Veteranen van allerlei uitzendingen zijn er trots op om zo ‘een bijdrage aan de maatschappij’ te leveren. Libanonveteraan Henk van Polen: ”Dit heeft me van de bank gehaald.”
Tekst: Fred Lardenoye
Tom Hippe (62) is bijna dagelijks te vinden op het kantoor, annex magazijn van het Veteranen Search Team (VST) in Huis ter Heijde. ”Eind 2020 heb ik me hier aangemeld en ik ben niet meer weggegaan. Ik heb dat kameraadschappelijke gevoel van Defensie zo gemist.”
Als militair in Libanon raakte hij op onfortuinlijke wijze gewond door een collega, die hem bij het inspecteren van zijn wapen dwars door zijn been schoot. “Ik was naar Libanon gegaan met een verlengde dienstplicht om de tijd te overbruggen naar een opleiding aan de KMS. Mijn toekomst lag in duigen en ik werd zo de maatschappij in gekukeld. Dat ik Defensie werd uitgegooid, was mijn grootste straf.”
Pesterijen
Ook Libanonveteraan Henk van Polen (63) is vrijwel elke dag op het hoofdkwartier van het VST. Hij werd als Technisch Specialist in 1980 uitgezonden naar Libanon, maar heeft daaraan weinig goede herinneringen. Hij had veel last van pesterijen op zijn post en maakte heftige ervaringen mee. Het meest aangrijpende was een incident waarbij een Libanees met zijn auto over een kind heen reed als gevolg van de paniek die ontstond toen Van Polen met zijn militair voertuig al toeterend wilde passeren.
Van Polen: ”Ik ben uit het voertuig gesprongen, heb het kind op de schoot van mijn maat gelegd en ben als een gek naar de medische hulppost in Haris gereden. Door mijn werk als chauffeur op de waterwagen waarmee ik door heel Zuid-Libanon reed, heb ik nooit gehoord hoe het met dat kind is afgelopen. Ik heb mezelf altijd de schuld van dat ongeluk gegeven.”
Van Polen werd na zijn dienstperiode vrachtwagenchauffeur en stortte zich op het werk en een gezin. Pas veertig jaar later kreeg hij last van zijn uitzendverleden toen hij door ziekteklachten noodgedwongen thuis op de bank kwam te zitten. “Er ontstond een soort kortsluiting in mijn hersenen. Mijn vrouw zei: ‘Ga hulp zoeken of het is klaar’.”
Uiteindelijk kwam hij terecht bij het Veteraneninstituut en de Bond van Nederlandse Militaire Oorlogs- en dienstslachtoffers (BNMO). Hij sluit binnenkort zijn behandeling bij Centrum ’45 af.
Kameraadschap
Vier en een half jaar geleden kwam Van Polen bij het defilé in Wageningen op 5 mei in contact met medeoprichter Dennis van der Kraats van het VST. Nu is hij weer als chauffeur actief en rijdt hij de bus die bij de speurtochten van het VST wordt ingezet. Van Polen: “Het heeft me letterlijk en figuurlijk van de bank gehaald. Vanaf de eerste zoektocht had ik zo’n goed gevoel over hoe ik werd opgevangen. Ik heb hier voor het eerst de kameraadschap gevonden die ik in Libanon zo miste. Nu is het VST mijn passie geworden.”
Oud-verbindelaar Cindy van Vliet (42) miste juist enorm de kameraadschap van haar diensttijd. Ze was als 18-jarige opgeleid in Ede en werd nog geen jaar later uitgezonden naar Kosovo. “Ik had er wel op gerekend, maar niet zo snel. Ik was nog maar 19 jaar en hoewel ik dat nu best wel jong vind, was het een heel mooie ervaring.” Nadat ze in 2002 de dienst verliet, werkte ze onder meer in de administratie en de logistiek. “Ik ben altijd maar doorgegaan en kwam ineens met twee kinderen alleen te zitten. Want als militair leer je: opgeven is geen optie. Totdat je lichaam ‘stop’ zegt.” Door fysieke en mentale problemen werd ze uiteindelijk gedwongen om te stoppen met werken. “Maar het Defensiegevoel was er nog steeds, dat is de reden dat ik me eind 2020 bij het VST heb aangemeld. Ik ben er niet meer weggegaan. Bij Defensie ben je dag en nacht samen als je binnenslaper bent en je gaat voor elkaar door het vuur.”
Groepscommandant
Samen met Christa Zandvliet (41) runt ze als een van de twee betaalde krachten samen met vrijwilligers het VST-secretariaat. Zandvliet is via haar man terechtgekomen bij het VST. “Hij heeft zeven jaar in dienst gezeten en is twee keer naar Bosnië uitgezonden. Vanaf de eerste zoektocht naar Anne Faber is hij betrokken geweest bij het VST. Zijn motivatie is net als bij andere veteranen ingegeven doordat zij iets willen betekenen voor de maatschappij. Ik had al vaker aangegeven dat ik iets wilde doen voor het VST, dus toen deze mogelijkheid voorbijkwam, heb ik mijn baan opgezegd en gesolliciteerd.”
Ook voor Tom Hippe is het iets willen betekenen voor de maatschappij een belangrijke drijfveer bij zijn inzet voor het searchteam. Zijn maatschappelijke loopbaan werd door zijn dienstongeval geen succes. Hij begon aan een baan als bewaker, maar kon nooit wennen aan de burgermaatschappij. Door een kort lontje raakte hij steeds meer in de problemen. Een lange zoektocht naar hulp leidde uiteindelijk via de BNMO tot de diagnose PTSS en een behandeling bij Centrum ’45. Als Groepscommandant van het VST voelt hij zich nu als een vis in het water. “Ik kan mezelf weer nuttig maken. Na mijn diensttijd voelde ik me zo nutteloos.”
Uitgekamd
Hippe legt uit hoe het VST te werk gaat. “Meestal komt er eerst een bericht in de appgroep van de inzetcoördinator. Dan kijken we wie er beschikbaar zijn als groepscommandanten en inzetcoördinatoren.”
Daarvoor is er al gekeken naar de info van de politie of er een inzetgebied is en of de oproep inzetwaardig is, zo legt hij uit. “Als dat zo is, komt het op de besloten Facebookpagina te staan. Als dat gebeurd is, komt er vervolgens een landelijk alert met datum en verzamelpunt. Ondertussen is de hele logistieke tak al op weg met de bus en de jeep om kwartier te maken.”
Cindy van Vliet herinnert zich haar eerste inzet op 17 december 2020 nog goed. Haar kinderen waren al wat ouder, dus ze kon om te beginnen een half uur tot drie kwartier meehelpen. “Ik had nog nooit zoiets gedaan, dus geen idee wat me te wachten stond. Maar gelukkig kwam ik een oud-collega van de uitzending naar Kosovo tegen. Het ijs was direct gebroken.”
Inmiddels zijn er ook voor haar al veel inzetten bijgekomen. “Je leert steeds wat bij, want elke inzet verloopt is anders. Resultaat heb je eigenlijk altijd, want je hebt een gebied uitgekamd en je weet dan zeker dat de gezochte persoon zich daar niet bevindt. Je gevoel is wel anders als het niet lukt om iemand te vinden, want je wil natuurlijk het liefst iemand thuisbrengen.”
De volledige reportage over het Veteranen Search Team vind je in de op 17 december verschenen decemberuitgave van ons ledenmagazine OpLinie. Deze uitgave kun je ook lezen via onze website en ledenapp.