11 oktober 2023

'Verwachtingsmanagement crux bij geplande vernieuwingen’

Mede dankzij de 5 miljard euro die het kabinet jaarlijks structureel extra investeert kan Defensie de komende jaren de maatregelen uit de Defensienota 2022 uitvoeren. In het huidige mondiale speelveld met onder meer de nog altijd voortwoekerende oorlog in de Oekraïne moeten de maatregelen snel leiden tot een sterke, moderne en toekomstbestendige krijgsmacht. Met kolonel ing. Jaco Brosky, programmaleider Transitie CLAS, zoomen we in dit interview in op de belangrijkste vernieuwingen die op stapel staan bij de Landmacht. Deze vernieuwingen zijn vastgelegd in een programma onder de titel Herakles.

Ten grondslag aan de geplande defensiebrede vernieuwingen bij Defensie ligt de Defensienota 2022. Kun je de achtergrond schetsen van de miljardeninvesteringen die Defensie de komende jaren doet om deze vernieuwingen te realiseren?
Hiervoor moeten we terug naar 2014, het jaar waarin Rusland haar buurland Oekraïne binnenviel vanuit de Krim. Deze aanvalsoorlog zorgde voor een verslechtering van de veiligheidssituatie in Europa. We zagen toen al dat het Nederlandse kabinet voorgenomen bezuinigingen terugdraaide voor een weerbare krijgsmacht in het veranderde Europese geopolitieke speelveld. Uiteindelijk is de internationale gemeenschap met zijn neus op de feiten gedrukt toen Rusland op 24 februari 2022 de Oekraïne binnenviel en een totale oorlog begon.
De start van deze oorlog onderstreepte extra het belang voor onze eigen krijgsmacht om zelfredzaam te zijn, om onze operationele inzetbaarheid en gereedheid te verbeteren en om ons als land sneller en langer te kunnen verdedigen bij internationale dreigingen. Dit was aanleiding voor het kabinet om de investeringen op defensiegebied fors op te schroeven.
In totaal voegt het tot en met 2025 bijna 15 miljard euro toe aan de defensiebegroting. Hiermee voldoet ons land in 2024 en 2025 tijdelijk aan de NAVO-norm van 2 procent van het bruto binnenlands product. Bovendien werd in mei vorig jaar besloten dat Defensie er jaarlijks 5 miljard euro structureel bij krijgt.
Ongeveer de helft van dit bedrag gaat naar meer of zelfs nieuwe eenheden voor slagkracht in de diepte, zoals met kruisvluchtwapens, extra F-35 jachtvliegtuigen, de uitbreiding van de Patriot-luchtverdediging en een nieuw raketartilleriesysteem waarmee landdoelen kunnen worden bestreden.

De Defensienota omvat in totaal 194 maatregelen. Wat zijn de belangrijkste transities en vernieuwingen die op stapel staan bij de Landmacht?
Binnen de Landmacht krijgt een aantal projecten prioriteit. Dit wil trouwens niet zeggen dat de overige geplande maatregelen en vernieuwingen minder belangrijk zijn. Allereerst vindt een versterking plaats van de grondgebonden lucht- en raketverdediging van het Defensie Grondgebonden Luchtverdedigingscommando (DGLC, red.). Voor het vergroten van de vuursteun worden meer pantserhouwitsers operationeel, richten we een tweede afdeling veldartillerie op en krijgen de eenheden raketartillerie en multi-missieradars.
Een tweede belangrijk project is de versterking van de combat support en de combat service support. De ondersteuning van het Duits-Nederlandse tankbataljon wordt verbeterd, waardoor het zelfstandig kan oefenen en worden ingezet. Hierbij gaat het vooral om command & control en de geneeskundige en logistieke ondersteuning. De geneeskundige keten, waaronder de capaciteit voor gewondentransport en de mobiele hospitaalcapaciteit voor inzet op land en zee, wordt voor een belangrijk deel hersteld.
Aanvullend vergroot de Landmacht zijn cybercapaciteiten en informatiegestuurd optreden met onder meer een CEMA-eenheid (Cyber and Electronicmagnetic Activities, red). En zoals iedereen inmiddels zal hebben gehoord, heeft ook de versterking van het Korps Commandotroepen prioriteit, zowel binnen het KCT als door de omvorming van 12 Infanteriebataljon naar SOF-Support eenheid.

Hoe wordt het Korps Commandotroepen concreet versterkt?
In de Maatregelennota is een uitbreiding van het Korps Commandotroepen voorzien om het concept early forward presence uit te voeren waarmee een netwerk aan posten op verschillende plekken in de wereld kan worden gefaciliteerd. Zo kan een tijdige bijdrage worden geleverd aan preventiebeleid.
Daarnaast wordt de ondersteuning van het SOF-optreden versterkt met ondersteunende capaciteiten, zoals inlichtingen- en geneeskundige ondersteuning, vuursteun en explosievenopruiming. Daarnaast wordt 12 Infanteriebataljon van 11 Luchtmobiele brigade omgevormd naar een SOF-Support eenheid.

Welke achterliggende doelstellingen hebben alle transities?
Het belangrijkste doel hiervan is om als Landmacht in de toekomst eenheden gereed te kunnen stellen die sneller en langer inzetbaar zijn. Er zal een transformatie plaatsvinden naar zelfstandige commands, die allemaal beschikken over hun eigen kennis, kunde en ondersteuning. De gereedheid en inzetbaarheid worden hierdoor verbeterd. Zowel zelfstandig als samengesteld zullen de eenheden worden ingezet in het volledige geweldsspectrum en dit in nationaal en internationaal verband. Eenheden kunnen worden samengevoegd tot een Combined Arms Team, een Battalion Task Group of een Brigade Combat Team.
De Landmacht gaat ook nog nauwer samenwerken met Duitsland: van samenwerking naar integratie en uiteindelijk specialisatie. Zo gaan we onder meer de CLAS-presentie bij de Duitse divisiestaven uitbreiden en levert Duitsland onder meer stafofficieren voor onze gevechtsbrigades. Aanvullend worden de samenwerkingsmogelijkheden tussen Nederland en Duitsland, waarbij de Duitsers bijvoorbeeld capaciteiten in Nederlandse eenheden inbedden en andersom, de komende tijd verder onderzocht. Wapensystemen kopen we voortaan zoveel mogelijk samen. De Landmacht gaat daarnaast ook meer trainen met Frankrijk en Noorwegen.
Nationaal gaat de Landmacht eveneens meer samenwerken. Zo gaan de Landmacht en de Koninklijke Marechaussee samen taken uitvoeren op het gebied van militaire mobiliteit. Voor onze nationale veiligheid wordt de bestaande samenwerking met de civiele autoriteiten versterkt.

Wat moet er allemaal in gang worden gezet om alles te realiseren?
Natuurlijk zullen bij de Landmacht reorganisaties plaatsvinden, de infrastructuur moet worden uitgebreid, het verouderde vastgoed wordt geconcentreerd, vernieuwd en verduurzaamd en we moeten er sowieso voor zorgen dat de Landmacht gevuld wordt. Bovendien moet Defensie de basis voor het personeel op orde hebben als het gaat om hun arbeidsvoorwaarden. Wat het creëren van laatstgenoemde basis betreft heeft Defensie natuurlijk een uitstekende slag geslagen door vorig jaar met de bonden het arbeidsvoorwaardenakkoord 2021-2023 te bereiken. Bij het uitbreiden van de infrastructuur en het materieel is Defensie afhankelijk van een aantal externe factoren, zoals het huidige stikstofprobleem en de leveringen van de defensie-industrie.
Gezien de discussie rond stikstof mag niet zomaar nieuw worden gebouwd. En in het kader van de in totaal 15 jaar durende strategische vastgoedplannen van Defensie zal niet op korte termijn de eerste spade de grond ingaan. Daarom worden interim oplossingen gerealiseerd om de ergste nood op vastgoedgebied te ledigen. Hiervoor is wellicht ook een vorm van politieke wil nodig om in de lopende discussie over ruimtelijke ordening Defensie een bijzondere positie te geven. Dit gaat namelijk verder dan alleen infrastructuur, maar gaat ook over vergunningen, geluidsruimte, ruimte in de lucht en ruimte om te oefenen en te trainen.
Als we als Landmacht verder willen groeien en veranderen, is het trouwens belangrijk om de verouderde Uitvoering Reorganisaties Defensie-regeling anders en eenvoudiger te gaan aanlopen, waardoor reorganisatietrajecten minder stroperig zullen verlopen. Hierbij moeten we er uiteraard voor zorgen dat de rechtspositie van medewerkers niet wordt geschaad. Met de vereenvoudiging van de URD hebben we de afgelopen tijd gelukkig al vorderingen gemaakt. 

Hoe wordt het personeel hiervan deelgenoot gemaakt?
De afgelopen 25 jaar is er zoveel op Defensie bezuinigd dat we eigenlijk helemaal niet meer weten hoe wij opnieuw moeten groeien en veranderen. Dit zal bij iedereen – zowel bij Defensie zelf als bij alle medewerkers - een andere mindset vergen. En ondertussen moeten wij als Defensie de verwachtingen van het personeel managen over alle veranderingen en vernieuwingen die de komende jaren onder meer bij de Landmacht zullen plaatsvinden. In een speelveld waarin we dus ook afhankelijk zijn van externe factoren moeten we duidelijk blijven communiceren over wat we op welke termijn kunnen realiseren. Dit zal de crux zijn bij alle geplande vernieuwingen.

Dit interview is gepubliceerd in de op 27 september 2023 verschenen uitgave van ons ledenmagazine OpLinie. De complete versie van dit nummer kun je ook lezen via onze website of ledenapp. 

Meer over:
Landmacht